Ik ben een diva in een verkeerd lichaam.
Het klinkt leuker dan het is. Ik raak daardoor mensen kwijt. Mensen die de diva in mij niet erkennen. Wat ik ze niet kwalijk kan nemen: ik kom immers totaal niet over als een diva. Maar de daaraan verbonden kapsones, die heb ik in overvloed.
Zo moest ik van mezelf van huisarts veranderen, een lieve schat waar ik vreselijk aan gehecht was. Hij werd decennialang bijgestaan door een dijk van een assistente, die zodra ik de deur openduwde op onversneden Amsterdamse wijze luidkeels mijn voornaam riep, vroeg waar ik voor kwam en mij nog vòòr dat ik de balie had bereikt tussen twee afspraken door direkt toegang tot het medicus corpus wist te verschaffen. Ergens in de jaren '90 ging het mis. De ouwe Amsterdamse werd vervangen door een stel frisjonge grieten met een keurige hoofdoek om en effen rokken tot hun enkels. In de voorwaarden van deze baan stond nergens: "Glimlachen tegen de klanten" of "Enige vrolijkheid vereist." Een koude wind blies over de inmiddels tot gezondheidscentrum gebombardeerde praktijk. De wachtkamer werd afgestoft en _ warempel _ in gebruik genomen. Wij patiënten dienden bij het binnentreden van dit Elysium de aanwezigheid van onze lichamen te melden aan de twee uitdrukkingloze pokerfaces dmv sofinummer en belastingaangifte. Daarna een hele tijd niets. Op een gegeven moment daalde het besef in dat we misschien naar de wachtkamer moesten gaan, wat wij dan ook massaal braaf deden. Daar zaten wij dan een half uur à drie kwartier. Ondertussen bloedde het kind dood dat je thuis had gelaten om snel met de huisarts te overleggen, vergat je waarom je kwam of ging de ziekte spontaan over.
Na drie van deze enlightening ervaringen besloot ik mezelf lijfelijk van deze treurige speelveld te verwijderen. Ik vond gelukkig snel een andere knappe kop in de geneeskunst, die op een verbijsterende manier ogenblikkelijk de diva in mij erkende en haar van de nodige attentie voorzag. Als ik op een bange ogenblik de stap naar zjn praktijk neem, is hij binnen 2 1/2 minuut door mijn probleem heen, heeft hij de benodigde medicatie cq verwijzing in mijn handen gedrukt, en vraagt hij de rest van de bezoekstijd mijn mening over cruciale questies van de politiek, de literatuur, of de kunst. Waarbij hij aanmoedigend knikt, en af en toe een prangende tegenwerping waagt. Aan de balie zit zijn vrouw. Zij heeft in dikke letters boven op mijn dossier geschreven: ALS EEN DIVA BEHANDELEN. Van die kant heb ik dus niets te vrezen. Nu de rest van de wereld nog.