Chillen

De overlast van allochtone hangjongens in de grote steden valt voornamelijk terug te voeren op een oorzaak: gebrek aan eigen binnenruimte.

Bij de meeste Marokkaanse gezinnen is het geen issue om je puberende zoon een eigen kamer te geven. Zeker niet zoals ik dat deed, door ruimtegebrek verdreven naar de keuken annex woonkamer annex kinderkamer, waar mijn bed een aantal jaren heeft gestaan, zo recht tegenover de koelkast, terwijl mijn oudste de beschikking had over een heuse puberparadijs op 1 hoog. Een spookbeeld voor het keurige allochtone gezin. Liever een lege pronksalon voor het zeldzame bezoek aan vader dan de kinderen een aparte ruimte te geven waar ze ietwat afgeschermd van het strenge oog van papa, mama, buren en imam, hun puberende tijd kunnen exploreren. Geef die jongens verdikkeme een eigen plekkie! Laat burgerlijkheid niet in de weg staan van praktische oplossingen.

De autochtone bevolking laat het ook afweten, met wetten en regels. En met jalousie: "Wij niet dus zij ook niet." Maar het meeste toch van de kant van de woningbouwvergenigingen: een tweede deur naar buiten voor de pubers mag niet. Onder geen voorwaarde. De reden is dat dat onderhuur in de hand zou werken. Het gevolg is dat de pubers elkaar elders opzoeken. Met alle vervelende uitwassen van dien.

Dan smijt de ambtenarij met buurtcentra en dergelijke. Zo'n keurige hok voorzien van alle gemakken, inclusief een joviale en meelevende jeugdwerker. Ik had er als puber niet dood gevonden willen worden en heb derhalve het volste begrip voor de jeugdhonkweigeraar.

Ik zie het zo: geef die pubers nou in godensnaam een eigen kamer. Een kamer in/naast/boven het ouderlijk huis, met een eigen deur en een eigen sleutel, waar ze met hun makkers naar toe kunnen om alles te doen wat pubers nu eenmaal doen: chillen, vozen, blowen, praten (over chillen, vozen en blowen). Politiek, ambtenarij, ouders; van welke kant ook: doe je best. Neus er niet in rond. Laat ze vrij. Beperk hooguit de uitstoot van harde muziek en de instroom van malafiede types.

Zo houden we ze van de straat, waar ze echt niet te pruimen zijn.



.