Er bestaan mensen die het CBK in de Oostpoort zomaar kunnen vinden, maar ik ben beslist niet een van die mensen. Blijmoedig op weg naar de levenstentoonstelling van Aatje Veldhoen sloeg ik linksaf vanaf de Linnaeusstraat, richting de Nieuwe Gebieden. Nergens een bord “CBK” te bekennen. Bewapend met eerder opgedane kennis (ik was er een maand geleden voor een vergadering over de jubileumhappening ter ere van Jasper Grootvelds 80ste geboortedag), koerste ik vrolijk dieper het nieuw ontgonnen peninsula in, tot het voormalige asiel. Een half uur later moest ik vaststellen: ik was hopeloos verdwaald.
Uiteindelijk geraakte ik op de plek van bestemming. Een fenomenale expositieruimte, moet ik toegeven. Gigagroot, badend in oogverblindend licht, en, niettegenstaande de onhollandse afmetingen, tjokvol met schilderijen van Aatje. Nooit geweten dat hij zoveel schilderde, al ben ik wel eens op zijn thuisatelier geweest: hij woont bij mij om de hoek en vroeger kon je op de onchristelijkste tijden bij hem aanbellen met de vraag of je zijn collectie aan je vriendjes kon laten zien. Dat kon dan ook altijd.
Aatje is dan ook een echte lieverd. Een kapsonesloze, bescheiden lieverd. Een ongekunstelde kunstenaar. Een kusntenaar die het CBK vol heeft weten te krijgen met wat hij bij elkaar heeft getekend, geschilderd, geëtst, en geboetseerd. Met zelfportretten (gek om Aatje als jonkie te zien), portretten van wederzijdse bekenden (Jasper Grootveld, Diana Ozon, Gerben Hellinga, Simon Vinkenoog, Leo van der Zalm), clowns, een serie over bushokjes, landschappen, stillevens, gekke psychedelische shit, neukende leeuwen, neukende skeletten en naakte vrouwen, naakte vrouwen in alle soorten en maten. Naakte jonge vrouwen, naakte oude vrouwen, naakte zwangere vrouwen, naakte Hedy (d'Ancona, zijn geliefde, red.), naakte ongestelde vrouwen met het koordje van de tampon tussen de schaamlippen – nee, die toevallig niet, die heb ik ooit bij hem thuis gezien maar hij ontbreekt op de tentoonstelling. En vagina's, vagina's te kust en te keur.
Na zoveel moois zit ik even bij te komen op het podiumpje van de vleugel – ja, deze ruimte heeft waarachtig permanent een vleugel, er worden er concerten gegeven, het plafond is zelfs ontworpen t.b.v. maximale akoestiek. Ze doen wel meer hier, deze kunstfanaten: ze lenen hun 4500 stuks tellende collectie uit aan leden die de werken uiteindelijk kunnen bezitten als ze dat willen, ze fietsen met adepten rond de buurt op zoek naar openbare kunst, ze runnen een winkeltje in ambachtelijke kunst etc etc...
Gisteren was de vernissage. Aatje en Hedy waren in persona aanwezig. Er was een Aatje-Veldhoenquiz. De conservator had mij toegestaan via AT5 alle liefhebbers van Aatjes kunst uit te nodigen om hem eer te komen betuigen. Ik ben het stom vergeten. Mea culpa. Ik zal branden in de hel.
Op AT5 gepubliceerd.