Eindelijk ving Oud Zeikwijf de tocht naar De Nederlandsche Bank aan om het prijzengeld van de Blogger des Vaderlands te halen.
Een ingelijst biljet van 1000 piek
wilde zij. Maar na telefonisch overleg bleek zulks niet te worden
gedrukt door de firma Joh. Enschedé. Waar de Joh. voor stond liet
zich raden. De punt erachter deed haar denken aan die na de
belettering “ORANJE-NASSAU.” boven de deur van de rijkskazerne
aan de Sarphatistraat, waar menig jongeling van haar jeugdelijke
kringen de keuring onderging.
“Dan maar 2 van 500” had ze
besloten. Het zou een beetje proppen op de lijst zijn, maar wat was
er aan te doen? Zelf een biljet van 1000 piek drukken mocht niet, en
iets neps geven vond ze maar nep.
De procedure voor het binnen treden van
het ietwat taps toelopende gevaarte op het Frederiksplein te
Amsterdam is
eens magistraal uit de doeken gedaan door collega blogger Oxysept.
Dat gaan we niet dunnetjes overdoen.
We volstaan met de kanttekening dat het
'best iets heeft', zo'n bezoek aan De Belangrijkste Bank der
Nederlanden. Voor een vliegweigeraar zoals zij, was het elke keer een
avontuur om haar identiteitsbewijs ter controle te overhandigen, haar
bezittingen in de plastic bakken op de lopende band te doen en door
het röntgenpoortje te worden uitgelezen. Het gaf haar een spannend
gevoel van vliegvelden, douanes en verre reizen. Daar werd ze blij van. En als Oud Zeikwijf blij is, dan straalt ze dat ook
uit.
Zeker nu ze 2 biljetten van 500 piek
kwam halen.
Eenmaal door het poortje stond ze dus
aan de geheime kant daarvan te stralen van blijdschap en grapjes te
maken met de beambten.
“Hahaha hoe vervelend zou het zijn
als er nu iets geks in mijn tas gevonden werd!”
“Mevrouw, er ís iets in uw tas.”
“VERDOMME! DE MESSEN!”
Zodra die arme man op die manier keek
(bedremmeld, niet wetend wat hij met haar aan moest, want het was toch
maar een ouwe lieve - blije - moeke), kwam de herinnering aan die 2
messen acuut bij haar binnen. 2 weken had ze die krengen heen en weer
gedragen – van huis naar werk en van werk naar huis – zonder zich
die maar een keertje te herinneren, maar nu, nu wist ze het weer. Ze
had verdraaid 2 messen bij zich, verstopt onderin haar tas, bij de
controle in De Nederlandsche Bank.
Een aantal van de pakweg 20 agenten die
daar 24/7 in vol ornaat en wapenuitrusting posten spoedden zich naar
de plaats delict. Oud Zeikwijf zuchtte. “Dit is typisch iets wat ik
niet ga kunnen uitleggen” zei ze tegen zichzelf en tegen degene die
haar betrapt had. Ze begon toch maar, met haar, als altijd, drukke
stem en dito gebaren: “Ze komen uit thuis, uit de bestekla. Ik heb
een heel klein huis met pubers dus is die la overvol. Zo'n 2 weken
geleden kon ik er niet meer tegen. Al die messen vielen van hun vakje
af zo vol was dat. Ik dacht: ik breng de oudste messen weg naar de
zaak, daar gebruiken we ze wel voor het één of het andere...”
“U heeft een zaak?”
“Ik heb een zaak.”
“Waar is uw zaak?” (Zoals u inmiddels weet uit
het verhaal
van Oxysept gaat heel Nederland naar De Nederlandsche Bank op het
Frederiksplein in Amsterdam, niet alleen de Amsterdammers).
“In Amsterdam.”
“Hoe heet uw zaak.”
[geeft naam van zaak]
“Ga door”
“Dus toen deed ik die 2 messen, u
zult het zien als u ze daaruit haalt, het zijn 2 oude messen, en ook
2 stomme messen, ondingen zijn het, ik gebruik ze nooit, daarom wilde
ik ze weg hebben, ik deed ze in mijn tas. Maar toen had ik ze in mijn
tas en toen ben ik ze vergeten.”
Gelukkig had zij niet haar gebreide
legging met hertenmotief aan noch een gekke pruik op, wat wel af
en toe zo is, maar een zeer degelijke jas van vers gestoomd nep bont,
haar parels met assortie pendants en verdikkeme nog aan toe de
satijnen sjaal van wijlen
oma Toune om de nek, die aan het geoefende oog tekenen van verval
bloot gaf, maar in zijn algemeenheid toch iets sjieks over het geheel
bracht. Dat allemaal kon je wegstrepen tegen die onverbiddelijke
opstandige uitstraling.
Zij wist: “Dit ga ik niet redden. Het
is het meest ongeloofwaardige verhaal dat dit stel braveriken ooit
gehoord hebben. Ze gaan me ter plekke in de boeien slaan en naar het
bureau afvoeren. Ik ben de rest van de dag kwijt aan bewijzen dat ik
geen misdadiger ben, en nog minder een terrorist, en dat al het
goud van De Nederlandsche Bank mij bij wijze van spreken gestolen kan
worden.”
Het goud dat zich, as they spoke,
onder hun voeten bevond. Heel het goud van NL. Of nagenoeg. Hoe de
verhoudingen lagen was haar in de loop van opeenvolgende vasthouden
aan en loslaten van de Gulden Standaard niet geheel duidelijk meer.
Maar veel was het wel, en ze zou niet de eerste zijn die een poging
had ondernomen zich wat van die weelde toe te eigenen, hoe omslachtig
ook.
Gelach haalde haar uit haar rêverie.
De agenten waren om het röntgenapparaat gaan staan en stonden te
ginnegapen bij de aanblik van de 2 schuldigen die uit de tas
tevoorschijn waren gekomen.
“Ver komt u er niet mee” kon de
uitvoerder tussen twee lachslavo's uitbrengen. En uw beteuterde Oud
Zeikwijf werd, met haar 2 messen, de spelonken van De Nederlandsche
Bank in gestuurd.
Comments
Post a Comment